Jurgen Heinrich Overdiek
Grafvak:
21
geboren: 22 juni 1915 in Amsterdam
overleden: 15 april 1945 in Sint Pancras, 29 jaar oud
burg. staat: gehuwd
beroep: machinebankwerker in Amsterdam
geloof: Nederlands-hervormd
vindplaats: gedenksteen 3
Hier rust onze onvergetelijke man en vader
Achtergrond
Jurgen Overdiek werkte vanaf 1935 als bankwerker bij Metaalgieterij Holland in Amsterdam. In september 1939, een maand voor zijn huwelijk, werd hij gemobiliseerd. Na zijn demobilisatie medio 1940 werkte hij voor de Opbouwdienst in Gouda. Deze dienst was door de Duitsers opgezet om na de capitulatie werkloze Nederlandse militairen in te zetten bij herstel van oorlogsschade.
In februari 1941 trad Overdiek als machinebankwerker in dienst van de Nederlandse Vliegtuigfabriek Fokker in Amsterdam.
Met vier collega’s werd hij in juni 1943 verplicht tewerkgesteld in de fabriek van Duitse jachtvliegtuigen Messerschmitt in Duitsland. Begin december 1943 keerde hij met verlof terug naar Amsterdam en kreeg drie maanden ziekteverlof. Vervolgens dook hij onder.
Verzetsactiviteiten
Enige tijd nadat Overdiek ondergedoken was, sloot hij zich aan bij de knokploeg Van Dijk en later bij knokploeg Reintje de Vos, die vanaf september 1944 onderdeel werd van de Binnenlandse Strijdkrachten.
Als KP’er vervoerde hij wapens en munitie en nam deel aan overvallen en aanslagen. In zijn woning werden regelmatig wapens en munitie opgeslagen.
Arrestatie en moord
Nadat bij een inval door de Sicherheitspolizei in de woning van een pelotonscommandant van de Binnenlandse Strijdkrachten een groot aantal identiteitsplaatjes was aangetroffen, die voor na de bevrijding bedoeld waren, vonden in de vroege ochtend van zondag 8 april 1945 op diverse adressen in Amsterdam invallen plaats. Het adres van de pelotonscommandant was door een gearresteerde verzetsman doorgegeven.
Overdiek werd genoemd op één van de identiteitsplaatjes en in zijn woning aangehouden. Hij werd ingesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans en op de lijst van Todeskandidaten gezet die in aanmerking kwamen voor fusillering bij represailles.
Een week later werd hij met negentien andere verzetsmensen in Sint Pancras doodgeschoten als represaille voor een aanslag op een trein van het Duitse leger. De lichamen werden op bevel van de bezetter provisorisch begraven in een massagraf in de duinen bij Overveen.