Jean Louis Steets
Grafvak:
21
geboren: 14 november 1921 in Den Haag
overleden: 15 april 1945 in Sint Pancras, 23 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: machinaal houtbewerker in Amsterdam
geloof: geen
vindplaats: gedenksteen 3
Hier rust onze lieve zoon. Hij stierf voor recht en vrijheid
Achtergrond
Jean Steets woonde, nadat zijn ouders in 1931 waren gescheiden, zeven jaar in een opvoedingsgesticht in Hoenderloo. Hierna keerde hij terug naar zijn inmiddels hertrouwde (Joodse) moeder in Amsterdam.
Tijdens de bezetting werkte Steets als machinaal houtbewerker bij verschillende meubelfabriekjes in de stad. In de loop van de oorlog ontving hij meerdere oproepen voor de arbeidsinzet. Uit principe weigerde hij steeds daaraan gehoor te geven. Vanaf eind 1944 leefde hij ondergedoken.
Verzetsactiviteiten
In juni 1944 sloot Steets zich aan bij de knokploeg Reintje de Vos. Deze ging in september 1944 op in de Binnenlandse Strijdkrachten (BS).
Vanaf oktober 1944 kreeg hij met elf andere jongemannen als manschappen van sectie 5 instructie in het bedienen van een stengun.
Arrestatie en moord
Bij een inval door de Sicherheitspolizei in de woning van een pelotonscommandant van de Binnenlandse Strijdkrachten werd een groot aantal identiteitsplaatjes gevonden. De identiteitsplaatjes waren voor na de bevrijding bedoeld. Het adres van de pelotonscommandant was door een gearresteerd verzetsman doorgegeven.
Als gevolg van de vondst vonden op zondag 8 april 1945 op diverse adressen van BS’ers in Amsterdam invallen plaats. Steets werd in de woning van zijn moeder en stiefvader gearresteerd. Hij werd ingesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans en op de lijst van Todeskandidaten gezet die in aanmerking kwamen voor fusillering bij represailles.
Op 15 april 1945 werd hij met negentien andere verzetsmensen in Sint Pancras doodgeschoten als represaille voor een aanslag op een trein van het Duitse leger. De lichamen werden provisorisch begraven in een massagraf in de duinen bij Overveen.