Anton Lotz
Grafvak:
24
geboren: 23 september 1911 in Amsterdam
overleden: 18 januari 1945 in Amsterdam, 33 jaar oud
burg. staat: tgehuwd
beroep: chef administratie en expeditie bij een parfumeriezaak in Amsterdam en kantoorbediende bij het Gewestelijk Arbeidsbureau in Amstelveen
geloof: doopsgezind
vindplaats: gedenksteen 1
In dit alles zijn wij meer dan overwinnaar
Achtergrond
Anton Lotz werkte vanaf begin 1927 bij Parfumeries de Paris in Amsterdam. Hij wist zich op te werken tot chef administratie/expeditie. Toen de zaak in maart 1941 door de oorlogsomstandigheden gedwongen werd haar personeel sterk in te krimpen, vond hij als arbeidscontractant werk op het bijkantoor in Amstelveen van het Gewestelijk Arbeidsbureau.
Verzetsactiviteiten
In de loop van de oorlog liet Lotz samen met een collega tientallen personen die een oproep voor de arbeidsinzet in Duitsland hadden ontvangen, op papier naar Amstelveen verhuizen. Vervolgens verduisterde hij op kantoor binnenkomende post over deze personen, waardoor zij aan tewerkstelling in Duitsland ontkwamen.
Vanaf begin 1943 verstrekte Lotz regelmatig bonkaarten voor 50 tot 60 deels Joodse onderduikers en waarschuwde hij voor op handen zijnde razzia’s. Van november 1942 tot januari 1945 gaven Lotz en zijn echtgenote onderdak aan een Joods echtpaar.
Arrestatie en moord
Op 5 januari werden negen GAB-medewerkers, die in het kader van de Liese-Aktion aan de registratie van arbeidskrachten hadden meegewerkt, door het verzet neergeschoten, waarbij er zes werden gedood. De Liese-Aktion was een Duitse maatregel uit december 1944 die tot doel had Nederlandse mannen op te roepen voor de Duitse arbeidsinzet. Dit in verband met het tekort aan werkkrachten in Duitsland als gevolg van het Duitse Ardennenoffensief.
De Duitsers namen de liquidatie hoog op en besloten als represaille geen gevangenen die op Todeskandidaten-lijsten stonden te fusilleren, maar GAB-medewerkers van wie vermoed kon worden dat zij anti-Duits waren. Op 10 januari 1945 werden Lotz en zestien collega’s op kantoor gearresteerd. Nadat was uitgezocht wie van de gevangen genomen ambtenaren niets met deze zaak te maken had of een gezin had te onderhouden, werden elf mannen, onder wie Lotz, uitgezocht om te worden doodgeschoten.
De fusillade vond op 18 januari 1945 op de Amsteldijk in Amsterdam plaats. De lichamen werden op bevel van de bezetter naar de duinen bij Overveen afgevoerd en in een massagraf begraven.