Olaf Thingberg Thomsen
Grafvak:
33
geboren: 17 december 1919 in Bandoeng op Java, Nederlands- Indië
overleden: 1 oktober 1943 in het duingebied bij Overveen, 23 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: student medicijnen in Amsterdam
geloof: geen
vindplaats: gedenksteen 5
Achtergrond
Olaf Thomsen had de Deense nationaliteit, maar was door zijn geboorte op Java Nederlands onderdaan. Omdat hij medicijnen wilde studeren aan de Universiteit van Amsterdam, kwam hij naar Nederland.
Verzetsactiviteiten
Thomsen was vanaf het begin van de bezetting een groot voorstander van georganiseerd studentenverzet. Nadat de Communistische Partij Nederland (CPN) door de bezetter was verboden, probeerde hij communistische en andere studenten met elkaar in contact te brengen. Hij hield hiertoe politieke toespraken op verboden bijeenkomsten.
Voor de sabotageorganisatie CS-6 rekruteerde Thomsen studenten. Met enkele leden van deze organisatie maakte hij een groot aantal ontstekingsmiddelen voor brandstichtingen.
Arrestatie en moord
Op 22 juli 1943 liquideerden de CS-6-leden Kuiper en Geul tandarts De Jonge Cohen. Deze gaf adressen van Joodse patiënten door aan de Sicherheitspolizei. Bij toeval was de laatste patiënt van de tandarts een Nederlandse politieman. Toen hij de schoten hoorde, greep hij direct in en zorgde voor de aanhouding van Kuiper en Geul. Doordat Kuiper tijdens een verhoor het adres noemde waar de verzetsgroep soms bijeen kwam, had hun arrestatie een golf van arrestaties van leden van de verzetsgroep CS-6 tot gevolg.
Op 23 juli 1943 werd Thomsen samen met een aantal andere leden van CS-6 op het adres gearresteerd en ingesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans in Amsterdam.
Anderhalve maand later werd hij met achttien andere leden van de opgerolde verzetsgroep door het Polizeistandgericht in Amsterdam, na een meer dan tien uur durende zitting, ter dood veroordeeld,. De volgende dag werden zij in de duinen bij Overveen gefusilleerd en daar in een massagraf begraven.