top of page
Hendrik Jacob Verkuil

Hendrik Jacob Verkuil

Grafvak:

5

geboren: 13 juni 1922 in Gramsbergen
overleden: 15 december 1944 in Amsterdam, 22 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: handelaar in veevoeder in Badhoevedorp
geloof: gereformeerd
vindplaats: gedenksteen 1

Het zij dat wij leven, het zij dat wij sterven, wij zijn des Heeren

Achtergrond

Henk Verkuijl was de oudste zoon van Matthijs Verkuijl die vanaf het begin van de oorlog actief was in het verzet.

Verzetsactiviteiten

Verkuijl maakte tot 1942 binnen de spionagegroep Erkens, waar zijn vader ook lid van was, deel uit van een kleine knokploeg. Deze knokploeg ‘organiseerde’ auto’s en benzine, pleegde overvallen en kleine sabotageacties. Zo werden banden van Duitse voertuigen lek gestoken, verdachte personen geschaduwd en brand gesticht in woningen van ‘foute’ Nederlanders.


Eind 1942 werd het grootste deel van de groep Erkens opgerold. Verkuijl sloot zich in september 1943 aan bij een Westlandse knokploeg. De leider hiervan dook vaak onder in Verkuijls ouderlijk huis in Rotterdam.


Tussen oktober 1943 en juni 1944 voerde deze knokploeg circa tien succesvolle overvallen uit op onder andere het distributiekantoor van Capelle aan den IJssel en het Hoofdbureau van politie in Delft.


Verkuijl was vanaf augustus 1944 op de Veluwe betrokken bij het verzamelen van gedropte wapens. Ook zocht hij, in opdracht van de leiding van de Landelijke Knokploegen (LKP), in Utrecht nieuwe droppingsvelden.

Arrestatie en moord

Op 23 november keerde hij terug uit Utrecht en bracht de nacht door bij zijn ouders. Deze waren medio 1944 naar Badhoevedorp verhuisd in verband met een nieuwe baan van zijn vader. De volgende dag vond in zijn ouderlijk huis een inval plaats door de Sicherheitspolizei (Sipo) als gevolg van verraad door de gearresteerde knokploegcommandant Bitter. Bitter was uit angst voor zijn eigen leven voor de Sipo gaan werken en gaf verschillende verzetsmensen aan.


Bij de inval werden alle aanwezigen, onder wie zijn ouders, jongere broer en twee zusters, gearresteerd. Verkuijl en zijn vader werden naar het Huis van Bewaring in Amsterdam gebracht en op de lijst van Todeskandidaten gezet die in aanmerking kwamen voor fusillering bij represailles. Zijn moeder, broertje en zusters werden veertien dagen later vrijgelaten.


Verkuijl en zijn vader werden op 15 december 1944 met een andere verzetsman aan de Haarlemmerweg in Amsterdam gefusilleerd, als represaille voor een sabotage-aanslag op de spoorlijn aldaar. Hun lichamen werden provisorisch begraven in een gezamenlijk graf in de duinen bij Overveen. De verrader Bitter werd op 27 december 1944 door het verzet vermoord.

bottom of page