Hein Wipper
Grafvak:
21
geboren: 12 juli 1907 in Amsterdam
overleden: 15 april 1945 in Sint Pancras, 37 jaar oud
burg. staat: gehuwd
beroep: magazijnbediende en chauffeur in Amsterdam
geloof: Nederlands-hervormd
vindplaats: gedenksteen 3
Altijd zult u in onze herinnering blijven
Achtergrond
Hein Wipper werkte voor de oorlog als magazijnbediende bij het Bestelhuis van de Nederlandsche Boekhandel in zijn woonplaats Amsterdam. Vlak voor de oorlog raakte hij werkloos. Hij kreeg steun en kluste als ‘los metselaar’ in het bouwbedrijf van zijn schoonvader. Van april tot november 1941 werkte hij gedwongen in Duitsland als chauffeur voor de NSKK, het Nationalsozialistische Kraftfahrkorps (Nationaalsocialistische Motorkorps).
Wipper werkte vanaf juni 1943 in Amsterdam als magazijnbediende in de loodsen van het Duitse leger. Enige maanden later werd hij overgeplaatst naar Amersfoort, waar hij met paard-en-wagen Duitse militairen moest bevoorraden. Hij had inmiddels twee zonen.
Verzetsactiviteiten
Op 5 september 1944, Dolle Dinsdag, leek het dat Nederland elk moment bevrijd kon worden. Wipper werd naar aanleiding hiervan door de bezetter naar Wageningen gestuurd. Gezien de omstandigheden besloot hij zich hieraan te onttrekken en dook onder in Amsterdam.
In november 1944 sloot hij zich aan bij de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) in Amsterdam. Hij kreeg wapeninstructie en repareerde motoren voor toekomstige acties.
Arrestatie en moord
Bij een inval door de Sicherheitspolizei in de woning van een pelotonscommandant van de Binnenlandse Strijdkrachten werd een groot aantal identiteitsplaatjes gevonden. De identiteitsplaatjes waren voor na de bevrijding bedoeld. Het adres van de pelotonscommandant was door een gearresteerd verzetsman doorgegeven.
Als gevolg van de vondst vonden op zondag 8 april 1945 op diverse adressen van BS’ers in Amsterdam invallen plaats. Wipper werd thuis gearresteerd. Hij werd ingesloten in het Huis van Bewaring aan de Weteringschans en op de lijst van Todeskandidaten gezet die in aanmerking kwamen voor fusillering bij represailles.
Op 15 april 1945 werd hij met negentien andere verzetsmensen in Sint Pancras doodgeschoten als represaille voor een aanslag op een trein van het Duitse leger. De lichamen werden provisorisch begraven in een massagraf in de duinen bij Overveen.