Coos Hartogh
Grafvak:
18
geboren: 10 april 1917 te Soerabaja (Nederlands-Indië)
overleden: 1 juli 1943 in het duingebied bij Overveen, 26 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: student medicijnen te Amsterdam
geloof: rooms-katholiek
vindplaats: gedenksteen 5
Joh. 15: 12-13
Achtergrond
Coos Hartogh studeerde medicijnen aan de Universiteit van Amsterdam.
Verzetsactiviteiten
Vanaf augustus 1942 was Hartogh een van de zes redacteuren van het in ca. 200 exemplaren verschijnende illegale blad Rattenkruid. Hierin werd vooral sabotage als verzetsvorm aanbevolen. Daarnaast verleende hij hulp aan (Joodse) onderduikers en verzorgde hij valse papieren.
Begin 1943 werden hij en de Rattenkruidjongens Bloemgarten en Gröger gevraagd mee te werken aan de overval op het Amsterdamse Bevolkingsregister. Op de heide bij Oss kregen hij en zijn collega’s wapenonderricht van Gröger. Direct na de aanslag dook Hartogh onder bij zijn aanstaande verloofde.
Arrestatie en moord
Nadat enkele deelnemers aan de overal op het Bevolkingsregister begin april waren gearresteerd, besloten Hartogh, Bloemgarten en Gröger zich terug te trekken in een pension in Garderen. Op 8 april 1943 vond hier een inval plaats door de marechaussee. Na hevig verzet werden Hartogh en Gröger gearresteerd. Bloemgarten wist te ontkomen, maar werd later door verraad alsnog opgepakt.
Na in Amsterdam ter dood te zijn veroordeeld, werd hij op 1 juli 1943 met elf andere veroordeelden, onder wie Bloemgarten en Gröger, gefusilleerd in de duinen bij Overveen.