Robert Willem Douma
Grafvak:
1
geboren: 30 december 1918 te Amsterdam
overleden: 5 februari 1943 op de Leusderheide, 24 jaar oud
burg. staat: ongehuwd
beroep: kantoorbediende te Amsterdam
geloof: geen
vindplaats: Leusderheide
Ik ben bij U totdat de sluier valt en ziet gij zijt bij Mij
Achtergrond
Rob Douma was werkzaam op het kantoor van de GG & GD in Amsterdam. Hij had socialistische sympathieën en was lid van de Arbeiders Jeugd Centrale, AJC. Hier was hij actief als sportleider.
Verzetsactiviteiten
Vanaf de zomer van 1940 verzamelde Douma met een vriend elkaar tegensprekende persberichten en niet nagekomen beloften van de bezetter. Deze typte hij uit en verzond doorslagen naar willekeurig gekozen adressen.
In het najaar van 1940 werd hij door AJC’er Addicks betrokken bij het stencilen en verspreiden van de Nieuwsbrief van Pieter ’t Hoen: de voorloper van Het Parool. Later ging Douma ook Het Parool in Amsterdam-West verspreiden.
Met leden van de Groep-Addicks organiseerde hij aanplakacties en verspreidde hij brochures van socialistische voormannen als Koos Vorrink. Tevens nam hij deel aan relletjes met NSB’ers.
In de hoop een semi-militaire verdedigingsorganisatie op te richten, legde Douma contacten met het LOF; het Legioen Oud-frontstrijders. Dit was een organisatie van Nederlandse militairen die een geheim leger wilde opzetten. Van een leerling bij de Artillerie-Inrichtingen aan de Hembrug kreeg hij een revolver.
Arrestatie en moord
In de herfst van 1941 werd een groot deel van de Groep-Addicks door verraad van een geestelijk niet volwaardige vriend opgerold. In de nacht van 16 op 17 september 1941 werd ook Douma gearresteerd.
In december 1942 werd Douma met vele anderen van de Parool-groep door een Feldgericht ter dood veroordeeld. Op 5 februari 1943 werd hij met negentien anderen ter dood veroordeelden, waaronder dertien Parool-mannen op de Leusderheide gefusilleerd en daar begraven.
Op 19 december 1945 werd zijn lichaam met die van de anderen die tot de Parool-groep hadden behoord, in grafvak 1 herbegraven op de Eerebegraafplaats in Bloemendaal.