top of page
Jan Karel Boissevain

Jan Karel Boissevain

Grafvak:

33

geboren: 24 mei 1920 te Schiedam
overleden: 1 oktober 1943 in het duingebied bij Overveen, 23 jaar oud
burg. staa:tongehuwd
beroep: als mts-leerling volontair bij de Gemeente-telefoon te Amsterdam
geloof: doopsgezind
vindplaats: gedenksteen 5

Ni regret du passé, ni peur de l’avenir

Achtergrond

Janka Boissevain was lichamelijk niet sterk. Na een langdurige nierziekte was in 1937 één nier verwijderd. Na de capitulatie in mei 1940 ging hij door Nederlandse militairen in sloten weggeworpen wapens verzamelen en voorraden trotyl en nitroglycerine opsporen.


Eind augustus 1940 deed hij samen met zijn broer Gideon Willem (Gi) een mislukte poging naar Engeland uit te wijken in een door hen van twee houten vermoutvaten geconstrueerd vaartuig. Varend op de Waddenzee raakten zij bij Texel vast op een zandbank, waarna zij door een toevallig passerende reddingsboot werden opgepikt en gedwongen terug te keren.

Verzetsactiviteiten

Na hun mislukte Engelandvaart werden Janka en zijn broer Gi lid van de illegale burgerwacht van de Joodse Sándor Baracs, van wie zij ook wapeninstructie ontvingen.


Geïnspireerd door hun moeder en enkele familieleden die in het verzet zaten, maar vooral door het feit dat hun vader werd gearresteerd, richten Janka en Gi eind 1941/begin 1942 met enkele gelijkgezinden de verzetsgroep CS-6 op. In de kelder van hun ouderlijke woning repareerde de technisch begaafde Janka wapens en vervaardigde tijdbommen die door hem en anderen werden gebruikt voor liquidaties, brandstichting en spoorwegaanslagen.


Daarnaast werkte hij samen met zijn broer Gi aan het verspreiden van het illegale blad Lichting, dat eind 1942/begin 1943 in Amsterdam en Utrecht verscheen en vooral poëzie bevatte.

Arrestatie en moord

Op 2 augustus 1943 werd Janka samen met zijn moeder en zijn broer Frans in zijn ouderlijk huis gearresteerd als gevolg van het doorslaan van een gearresteerd CS-6 lid.


Op 30 september 1943 werd hij door het Polizeistandgericht in Amsterdam, na een meer dan tien uur durend proces, met 18 andere leden van de opgerolde verzetsgroep CS-6, onder wie zijn broer Gi, ter dood veroordeeld. De volgende dag werden zij in de duinen bij Overveen gefusilleerd en in een massagraf begraven.

bottom of page